13 ALS EEN EILAND IN DE RUIMTE Miranda zat in de stoel van de co-piloot in de kleermakerszit met gesloten ogen op haar duim te zuigen. Ze had haar schoentjes uitgetrok-ken en op zijn aanraden in de lade onder het instrumentenpaneel gezet. De aanblik van het onschuldige kind, dat een mateloos vertrouwen in hem had, oefende een rustgevende invloed op hem uit en hielp hem zijn slechte humeur zo veel mogelijk te verdringen. In de grote kabine had hij een lang gevecht geleverd met Roma, nadat hij zijn gereduceerde maaltijd had verorberd, die trouwens helemaal geen gereduceerde maaltijd was geweest, wist hij. "Jij hebt het meeste gehad van allemaal," herhaalde Roma, toen ze nog aan tafel zaten en hij mistroostig naar het lege etensschaaltje staarde. "Miranda heeft maar een klein beetje gegeten." "Dat moet ze niet doen." gromde hij voor de tweede keer, humeurig. "Dat kind moet er nog van groeien." "Ze houdt nu eenmaal heel veel van je." lachte Roma en hij kon niet nalaten haar, met een schuin oog, nieuwsgierig aan te kijken, intuïtief aanvoelend dat er nog iemand was die veel van hem hield. Ze vertelde hem er niet bij, dat Ivana weer ruzie had gemaakt met Paddy, omdat die per se wel een volle maaltijd opeiste. Om er niet op in te hoeven gaan, keek hij op zijn horloge en haakte zijn riem los met de bedoeling Tosh uit zijn hut te gaan halen om weer aan de slag te gaan. Roma greep hem echter bij zijn arm en hield hem tegen. "Nee," zei ze beslist. "Nu zijn Ivana en ik aan de beurt. Jij gaat naar het kommandodek om de wacht te houden en om maar eens flink te oefenen met de instrumenten. Dat zullen we hard nodig hebben." Hij keek haar vol afgrijzen aan. "Je bent gek." zei hij, zonder ook maar de minste moeite te doen om de ware betekenis van die woorden te verzachten. "Hoe haal je 't in je hoofd. Da's geen werk voor jullie. Ivana is pas vijftien jaar." "Da's oud genoeg om kindertjes te krijgen en dus ook oud genoeg om de handen uit de mouwen te steken." kaatste Roma terug met zijn eigen woorden. "en de tijd dat wij vrouwen als het zwakke geslacht bekend stonden is voor goed voorbij." "Je weet niet wat je zegt." zei hij gebelgd en deed een tweede poging om uit zijn stoel te komen, omdat hij geen zin had er verder nog woorden aan vuil te maken. Ze trok hem echter weer terug en de strenge blik in haar priemende ogen liet er geen twijfel aan bestaan dat ze volledig meende wat ze zei. Haar toon bleef echter mild en vriendelijk, toen ze vervolgde: "We hebben heel goed toegekeken hoe jullie 't gedaan hebben en wat jullie daar gedaan hebben, kunnen wij ook. Jij kunt niet alles zelf doen en dat is ook niet nodig. We zitten met z'n zessen in deze schuit, Jack en jij en ik zullen ervoor moeten zorgen dat zelfs de kleinste van ons mede-verantwoordelijkheid draagt, laat staan ik en Ivana." Wat hij verder ook nog te berde had gebracht, ze had alles van de tafel geveegd. Hij wierp opnieuw, zoals herhaaldelijk, een blik op de intercom projektie, waarop hij de twee meisjes in hun ruimtepakken bezig zag in het ruim, met een glanzend witte container aan bakboordzijde, tegenover de open deur. Met de koevoet hadden ze het gevaarte al zo ver in -bewe-ging gekregen, dat ze zich tussen de wand en de container konden wringen om hem, met hun spierkracht verder aan te drijven. De bak ging lichtelijk schuin, zag hij, maar Roma had het al gezien en schoot naar voren om de richting te veranderen. Dat was Tosh en hem ook een keer overkomen, omdat hij blijkbaar meer kracht had uitgeoefend dan Tosh. Nu echter had hij de indruk dat het Ivana was, die meer energie opbracht. Hij keek weer voor zich, naar het fascinerende beeld dat de holo-viewer hem voortoverde op de plaats waar de ramen en luiken van het schip zaten, die nu echter volkomen verdwenen leken. Juist op dat moment zag hij de rij witte continers buiten het schip zweven, als een trits blokken die roerloos in het niets hingen, want hun beweging was zo traag dat ze met het blote oog niet was waar te nemen. Hij geeuwde; hij had zin om ook zijn ogen te sluiten en even weg te doezelen. Dat kon eigenlijk nauwelijks kwaad, want als er iets mis ging zou het alarm hem zeker uit zijn slaap wekken. Toch verzette hij zich met kracht tegen die neiging. Hij had nu eenmaal belangrijkere dingen te doen. Niet alleen moest hij Roma en Ivana met raad en daad kunnen bijstaan maar bovendien had Roma hem op de goede gedachte gebracht om met de instru-menten te oefenen. Hij gebruikte nu het toetsenbord van de -compu-ters om Miranda niet wakker te maken met gesproken opdrachten en antwoorden. Hij liet de computer nogmaals hun baan rond Jupiter projekteren, samen met de manen van Jupiter en zag tot zijn verrassing dat er enige wijziging in was gekomen. Dat kwam natuurlijk omdat hij de baan niet opnieuw had laten projekteren nadat de chronometers waren bijgesteld en de invloed van de manen van Jupiter exakter kon worden bepaald. Hun baan liep buiten Ganymedes langs en werd door de aantrekkingskracht van de reuzenmaan sterk afgebogen in de richting van Jupiter, waardoor het laagste punt van hun baan aanmerkelijk lager was komen te liggen. Hij vroeg de laatst berekende koers naar Mars op en zag dat ze daarbij uit hun baan werden gestuwd vóór ze Ganymedes zouden bereiken. Hij bedacht, dat als ze hun koers konden wijzigen naar de, naar Jupiter toegekeerde kant van Ganymedes, het effekt van de -afbui-ging van hun baan bij het passeren van de kolossale sateliet tegengesteld zou zijn, dus naar buiten toe. Hij tikte het idee in als opdracht voor een bere-kening voor de computer en hij wreef zich vergenoegd in de handen, toen hij vaststelde dat hij andermaal de computers te slim af was geweest. Ze zouden er, aan de ene kant, ongeveer één dag mee verliezen, vóór ze Ganymedes zouden bereiken maar aan de andere kant zouden ze er twee dagen mee winnen, doordat de aantrekkingskracht van het hemellichaam hen een aanzienlijke hoeveelheid brandstof zou besparen bij het los komen uit de aantrekkingskracht van Jupiter. Hij liet de computer deze koers opslaan met de code G-1 zodat hij, als de tijd daar was, alleen maar die code hoefde in te tikken of in te spreken om het proces in gang te zetten. Hij vroeg zich overigens nogal mistroostig af, of het ooit zo ver zou komen. Het lossen van de ruimen kostte veel meer tijd dan hij had verwacht. Hij kon zijn ogen niet afhouden van het machtige uitspansel buiten, zo vol mysteries, waarvan dat van de niet oneindige einde-loosheid het grootste was, maar voor hen was er een direkter mysterie, allerminst boeiend, of als het al boeiend was, was het ook angstaanja-gend: het mysterie van de interstellaire kapers, die een kosmisch kat en muis spelletje schenen te spelen. Hun kansen zouden volkomen verkeken zijn, als ze hun schip op koers naar Mars brachten en daarna weer zouden worden onderschept. Hij huiverde bij de gedachte aan die mogelijkheid. Het was ronduit onheilspellend dat ze zo lang met rust gelaten werden. Het moesten wel heel vreemde wezen zijn, om hen tot tweemaal toe op sleeptouw te nemen om hen, vervolgens, urenlang -onge-moeid te laten. Vóór ze hun schip op koers naar Mars brachten zou hij maar liever weten wie die kapers waren, waar ze waren en wat ze waren. Hoewel, de antwoor-den op die vragen konden ook fataal zijn. Hun piloten hadden er al het leven bij gelaten. Weer geeuwde hij en sloot even zijn ogen, om ze direkt daarop weer open te doen en te beginnen met een systematische inventarisatie van alle instrumenten. Het holoblok van Roma kwam hem daarbij goed van pas om aantekeningen te maken, al was hij lang niet zo bedreven in het hanteren van het toetsenbordje als Roma. Van de meeste instrumenten begreep hij de funktie moeiteloos. Het grote voordeel was, dat ze vrij-wel allemaal direkt in verbinding stonden met de stuurcomputers, en hij hoefde niet te weten hoe ze hun funktie uitvoerden, maar wel welke ze konden -uitvoe-ren. Hij wilde ze echter zodanig in zijn geheugen proberen te prenten dat hij er niet eerst over hoefde na te denken om ze te kunnen bedienen. Van degene waarvan de funktie hem niet duidelijk was, vroeg hij de computer om uitleg. Nadat hij ze allemaal had afgewerkt begon hij weer van voren af aan om te zien wat hij, zonder het eerst na te kijken, ogenblikkelijk kon bedienen: het landingsgestel, de lucht-pompen, temperatuur- en zuurstofvoorziening, deuren, enzovoort. Het kon immers, binnen zeer korte tijd, van levensbelang voor hen zijn dat hij, zonder eerst uitvoerige instrukties te hoeven vragen, de ingewikkelde machinerie van het schip kon bedienen. De oefeningen hielden hem zo intens bezig, dat niet alleen het slaperige gevoel dat hij had gehad geheel verdween, maar dat hij dacht dat zijn hart bleef stilstaan toen plotseling het snerpende geluid van het boordalarm door de kabine jankte en de hoge, waarschuwende computer-stem riep: "Attentie! Ongeïdentificeerd objekt op 90-180 graden in snelle nadering!" De holoprojektie werd door de computer zelf automatisch en op slag gewijzigd en gefixeerd op een reusachtige blauwe schotel, die als het ware van beneden af, als opstijgend vanaf Jupiter, met grote snelheid naar hen toe kwam. Hij staarde er met wijd opengesperde ogen naar. Het leek in de verste verte niet op een ruimteschip zoals hij die kende en naarmate het gevaarte dichterbij kwam scheen het als maar groter te worden. Hij schatte dat het een middellijn had van minstens duizend meter. Er bevonden zich allerlei vreemde staketsels op en ronde en langwerpige koepels, als een eiland in de ruimte vol buitenissige kunstwerken. Zijn panische verlamming duurde slechts een moment. Daarna werd hij dood kalm, alsof hij opgelucht was over de komst van de kapers.. Hij drukte het radiozendertje van de intercom in en zei: "Roma, Ivana, stoppen en naar voren komen. De kapers zijn in aan-tocht." Vervolgens schakelde hij in op de hut van Tosh en Paddy en zei: "Tosh, Paddy, opstaan. De kapers komen eraan." Het reusachtige platform, recht onder hen, was nu zo dichtbij gekomen, dat hij nauwelijks nog de randen ervan kon zien, zo ver strek-ten ze zich naar alle kanten uit. Hij keek met een oog naar de projek-tie van het vrachtruim en zag tot zijn schrik, dat Roma en Ivana geen enkele aanstalte maakten om met hun werk te stoppen. Ze waren bezig een grote container de open deur in te maneouvreren en gingen daar, zonder zich van enig gevaar bewust te zijn, gewoon mee door. "Roma! Ivana!" schreeuwde hij, zo hard hij kon in de intercom radio. "Ophouden! Naar voren komen! De kapers zijn er!" Maar geen van beiden reageerden ze op zijn oproep. De storing! flitste het door zijn hoofc. O, mijn God, ze horen me niet meer! Het enorme gevaarte remde plotseling sterk af om verder langzaam omhoog te komen, terwijl recht onder hen een langwerpige halve koepel opengeklapt stond, die hen met schip en al zou opslokken als hij niets deed. Maar hij kón niets doen. Hij kon zelfs de deur van het vrachtruim niet meer sluiten want de container was er al gedeeltelijk doorheen. Hij kon ook de motoren niet starten om er vandoor te gaan want dat zou tot gevolg hebben dat Roma en Ivana door de container tegen de achter-wand van het ruim verpletterd werden. "Roma! Ivana!" brulde hij weer in de intercom radio, maar de meisjes liepen centimeter voor centimeter met de grote container in de richting van de open deur. "Romaaa! Ivanaaa!" schreeuwde hij andermaal, alsof hij zonder de intercom het schip wilde overschreeuwen maar er kwam geen enkele reaktie van de kant van de meisjes. Toen kon hij zich niet meer beheersen: "Potverdomme...!" brulde hij bijna huilend. Miranda was al lang wakker geworden en keek met grote angstogen dan weer naar buiten, dan weer naar hem, maar hij zag haar niet eens meer zitten. Er scheen een zacht wit licht uit de langwerpige opening in het raadselachtige ruimteplatform, waarvan de koepel was opengeklapt. De randen van het onvoorstelbare gevaarte waren niet meer te zien, noch de meeste van de bouwsels er bovenop; alleen de opening werd groter en kwam langzaam naderbij. Zonder er echt over te hebben nagedacht, drukte hij de knop in om het landingsgestel uit te klappen en enkele sekonden later zei een van die zoetgevooisde vrouwenstemmen, alsof er in het geheel niets aan de hand was: "Landingsgestel uit en vergrendeld." Als hij op dat moment had geweten waar het synthetische stem-element zat had hij het eruit gerukt en in gruzelmenten getrapt. Er verstreken nog slechts enkele sekonden voor er een lichte beweging door het schip ging en de koepel over hen heen dichtklapte. Op hetzelfde moment zag hij, hoe de container, waarmee Roma en Ivana bezig waren, naar buiten schoot, alsof hij met een ruk uit het schip werd getrokken. Door de plotselinge schok verloren beide meisjes in het ruim hun houvast en zweefden, achter de container aan ook naar buiten, graaiend met hun armen om zich vast te grijpen. "Potverdomme!" vloekte Jak voor de tweede maal volkomen onbeheerst. Hij hoorde niet eens hoe Miranda riep: "Wat gebeurt er, Jack?" Instinktief schoot zijn hand uit naar de knop van de holoviewer en hij zwenkte de camera's wild in het rond op zoek naar Roma en Ivana. Hij werd er zelf duizelig van, omdat de bruuske bewegingen van het uitzicht op de plaats van de voorruiten, zijn hersenen de impressie gaven dat niet het beeld maar het schip op hol geslagen in het rond danste. Hij zag, dat alle containers die ze naar buiten hadden gewerkt, netjes tegen de zijwand van de afgesloten ruimte stonden opgesteld, waar de laatste , door twee lange, mechanische armen op dat moment ook werd gedeponeerd. Toen liet hij de knop los en had het gevoel dat hij zou gaan huilen als een kind. Twee andere mechanische armen hadden Roma en Ivana vastgegrepen en bewogen hen, terwijl ze wild met armen en benen spartelden, naar een plaats in de zijwand van de ruimte waar een gapende opening in ontstond. Eén ogenblik leek het alsof hij verlamd was. Toen rukte hij, zonder dat er ook maar één gedachte in zijn hoofd opkwam, zijn vei-ligheidsriem los en schoot, als door een slang gebeten, uit zijn stoel. Terwijl hij het kommandodek verliet riep hij met verstikte stem tegen Miranda: "Ga naar Tosh en Paddy; Ga naar het dienstdek en wacht daar. Kom nergens aan."