Dat geldt ook voor de Vrijmetselarij, een vergelijkbare broederschap, met hun potsierlijke riten. Zij ontkennen met klem dat zij 'n sekte zijn, omdat ze ggeen specifieke godsdienst aanhangen, maar, zoals we hieronder zullen zien, is hun structuur ook wel degelijk sectarisch, al keren ze zich inderdaad niet af van de wereld. Er zijn talloze andere bewegingen op te noemen, die door de eeuwen heen zijn opgekomen en weer verdwenen. Ze bestaan of hebben bestaan in het Christendom, en ook binnen de katholieke kerk (Opus Dei, Blue Army, charismatische beweging , om er maar drie te noemen) maar ook in het Judaïsme (Chassidim) in de Islam (Shiïeten) en in alle andere religies en niet-religieuze bewegingen, van zwaar fascistische tot extreem anarchistische toe.
Wat verstaan we onder een sekte? Je hebt zelf al aangegeven dat het woord vermoedelijk te maken heeft met het latijnse "sectare", d.w.z. "snijden", en dus zou het feitelijk gaan om "afscheidingsbewegingen". Ik zou het liever wat ruimer zien. Misschien kunnen we sekten het best als volgt definiëren: een sekte is een beweging met een mystieke, religieuze, of ideologische basis, die zich vastbijt in een deelaspekt van mystische, religieuze of ideologische stelsels. Met name dat deelaspekt is van groot belang bij het bestuderen van sekten en hun aantrekkingskracht. We moeten vooral niet vergeten dat ook het Christendom is ontstaan als gevolg van een dergelijke fixatie op een deelaspekt van de Judaïstische geloofsovertuiging, het zogenaamde Messianisme. De volgelingen van Christus waren, zeker in het begin, in grote meerderheid mensen die zich vastklampten aan dat deelaspekt, in meerderheid zelfs zeer prozaïsch gericht op de bevrijding van Palestina van het Romeinse juk en zeer beslist niet de verwachting van de verlossing van de mensheid van de zonde.
Zelfs bij de meeste apostelen kwam het inzicht van de werkelijke omvang van Christus' boodschap pas na Zijn kruisdood en met name in de periode vóór het Pinkstergebeuren, toen men, als het ware in konklaaf bijeen, geleidelijk aan de moed verzamelde om naar buiten te treden. Maar zelfs, zoals we in de Handelingen der Apostelen kunnen lezen, heeft het daarna nog lang geduurd voor alle leerlingen van Christus begrepen dat het Christendom geen Joodse sekte mocht zijn, maar een wereldkerk.
Wellicht was Judas Iskariot niet echt zo'n lafaard en verrader als wij allemaal zo graag willen geloven; hij was, misschien wel zo'n overtuigd sektariër, dat hij uiteindelijk zo mateloos teleurgesteld raakte, omdat Christus maar niet de kant op ging die hij van Hem verwachtte, dat hij besloot zichzelf en de andere volgelingen van Christus te bewijzen, dat Christus, gedwongen door de direkte aanval op Hem, zijn glorie zou tonen, en zijn aanvallers zou vernietigen. Dit soort oprechte waanverwachtingen zijn typerend voor sektarische gelovigen. Zij verwachten alle heil, alle zelfbescherming, alle persoonlijke veiligstelling op grond van één klein deelaspekt van een overtuiging.
Frederik Willem van Eeden (1860-1932) deed dat ook met zijn hooggespannen verwachting van de idealistische landbouwcommune "Walden" (1898-1907), die door wanbeheer failliet ging. (Overigens werd hij in 1922 rooms katholiek!) De volgelingen van de Bakhwan (tussen twee haakjes, dat betekent "vlinder") deden het en lieten zich geheel depersonaliseren in het verlangen daardoor het heil te bereiken. De volgelingen van de Ayatollah Chomeini doen het vandaag de dag nog en evenzo de volgelingen van de Ba'al Shem Tov (De meester van de Goede Naam) die het oost europese Joodse chassidisme stichtte. De Getuigen van Jehovah doen het en evenzeer de volgelingen van de Moonkultus, de Mormonen en de Fa Lung Gongbeweging. Maar ook.... en dat moeten we vooral niet vergeten: de aanhangers van zulke katholieke bewegingen als Opus Dei, de Blue Army en de charismatische beweging en vele andere die in de loop der geschiedenis zijn ontstaan en weer verdwenen en nog zullen ontstaan en weer verdwijnen. Allemaal hebben ze daarenboven nog een aspekt gemeen: ze achten zichzelf de zuiveren, de uitverkorenen, de enige geredden en alle anderen zijn bij voorbaat verdoemd, tenzij ze zich tot hun sekte bekeren, met uitzondering wellicht van intern katholieke groeperingen, althans wat betreft het verdoemd verklaren van anders denkenden, want wat de eerste kwalificaties betreft voldoen ze er wel degelijk ook aan.
Als we ze allemaal op de keper beschouwen, blijken ze zich vast te bijten in een zeer beperkt deelaspekt van geloof of ideaal, meestal ontstaan als gevolg van één of andere stichter die beweert een visioen gehad te hebben. Meneer Russell, als stichter van de Getuigen van Jehovah; meneer Joseph Smith, als stichter van de Mormonen (The Church of Jesus Christ of Latterday Saints); Mary Baker Eddy, als stichtster van de "Christian Science" beweging; Rabbi Israël Ben Eliëzer -- de Ba'al Shem Tov -- als stichter van het Chassidisme; de Blue Army uit de zogenaamde mysterieuze booschappen van Fatima. En zo kunnen we doorgaan met een hele lijst in te vullen van sekten en hun stichters, die zich vastbeten in één of andere mystieke ervaring. Voor ons zeer curieus is de Joodse Kabbalah, die vanaf het begin van de dertiende eeuw wijd verspreid raakte in geheel Europa en waarin een mystieke duiding van letter en getalcombinaties een belangrijke rol speelde, vooral gedurende de middeleeuwen en de renaissance en tot op de dag van vandaag in het Chassidisme.
Blijkbaar voelen mensen zich sterk aangetrokken tot mystieke ervaringen. Ook leiders hebben vaak een onweerstaanbare aantrekkingskracht op mensen. Dat is wellicht één van de grootste gevaren die de mensheid bedreigen, omdat leiders vaak blindelings gevolgd worden. Waarom die hang naar mystiek en naar leiderschap, of liever naar leidzaamheid? Vanwege de veiligheid, de geborgenheid, die daarin geboden wordt. Men is niet persoonlijk meer verantwoordelijk. Het mysterie biedt de oplossing voor de persoonlijke verantwoordelijkheid, evenals het leiderschap, want beide verlossen de persoon van die verantwoordelijkheid. Hij kan immers toch, individueel niets veranderen aan de wereld. Alles is immers bestemd, gedetermineerd, gepredestineerd, ook al weet hij niet hoe. Het ligt in het mysterie besloten en de leider is degene die het mysterie kent, en die zorgt dat iedereen die hem volgt veilig is. In extreme gevallen, zoals -- om slechts één voorbeeld te nomen -- de Jones-cultus in Guyana een aantal jaar geleden bewees, evenals andere groeperingen daarna, kan dit zelfs tot kollektieve zelfmoord leiden. In minder extreme gevallen, zoals bij de Christian Science beweging, kan het leiden tot het weigeren van medische hulp, ook voor kinderen, zoals ook de getuigen van Jehovah bloedtransfusies weigeren.
Het is beslist niet de angst voor het mierenhoop kollektivisme dat mensen naar de sekten zou drijven. Het omgekeerde vormt eerder de aanleiding: de angst om verantwoordelijkheid te moeten aanvaarden in de grote wereldmaatschappij, die niet op weg is naar het mierenhoop collectief, maar juist in tegendeel, naar het collectivisme van de aaneensluiting van verantwoordelijke persoonlijkheden en dat vergt niet slechts moed, maar ook het ondergeschikt maken van het eigen belang aan het gemeenschapsbelang.
De aanvankelijke leerlingen van Christus zochten die veiligheid, die zekerheid bij Hem. De grote teleurstelling van Judas Iskariot (als we even mijn hypothese volgen, die één van de mogelijke is) was dat hij die veiligheid uiteindelijk niet bleek te bieden. Zelfs Thomas viel daaraan ten prooi, maar hij deed het op puur menselijke, volkomen aanvaardbare manier. "Jullie kunnen me nog meer vertellen," zei hij, zoals wij het waarschijnlijk in zijn situatie ook zouden hebben gezegd. "zolang ik 't zelf niet met m'n eigen ogen heb gezien, zal ik 't niet geloven." Dat was de meest down-to-earth benadering die je je maar denken kunt. Een verstandig, praktisch mens, die met beide benen op de grond bleef staan, maar ook,.... een teleurgestelde, die nog niet had gezien wat de werkelijke reikwijdte was van de boodschap van zijn leermeester.
Ook hij had die veiligheid gezocht, die zekerheid, die geborgenheid, die geboden wordt door de aanvaarding van het mysterie en het leiderschap, of liever, de leidzaamheid, en wat hem uiteindelijk geboden werd, was de noodzaak zelf verantwoordelijkheid op zich te nemen, niet slechts voor het kleine groepje waar hij tot dan toe toe behoord had, maar voor de hele grote wereld. En dat is nou precies datgene wat het sektarische verlangen wil ontlopen.
Het zich vastbijten in deelaspekten manifesteert zich ook veelvuldig in theologische muggezifterij. Iemand leest een regel, in de Heilige Schrift, waarin Christus zegt dat Hij niet met water zal dopen, maar met de Heilige Geest en verklaart zich op grond daarvan radikaal tegen de doop. Of, men bijt zich vast in de wijze waarop Johannes doopte en verklaart alleen de doop door onderdompeling als geldig en bouwt kollossale badkuipen om de volgelingen in onder te dompelen. Of, men verwierp de kinderdoop, op grond van de overtuiging dat de doop een persoonlijke bekering of hergeboorte moet inhouden. Zo zijn de Doopsgezinden ontstaan; zo zijn, in Nederland de Gereformeerden Vrijgemaakt, onderhoudende Artikel... ontstaan; En zo kunnen we de hele geschiedenis door allerlei scheuringen en afsplitsingen opsommen, die louter het gevolg waren van muggezifterij en,.... die muggezifterij ontstaat uitsluitend als gevolg van het feit dat men niet de blik op de wereld heeft gericht, maar op individuele en vooral individualistische zekerstelling van eigen heil. Het hele verschil tussen eeuwige gelukzaligheid en eeuwige verdoemenis schijnt dan ineens te liggen in de vraag of bij de doop, bijvoorbeeld, het water over het hoofd heeft gestroomd, of dat een dominee met een kwast gesprenkeld heeft. Op grond van dat soort haarkloverijen wordt de doop al dan niet erkend. Alsof God het heil van de mens afhankelijk zou hebben gesteld van een druppel water of niet.
Maar het is vooral het zich vastbijten in een klein deelaspekt van theologie, dat sektarisme bepaalt. Het Jansenisme, bijvoorbeeld, ontstond doordat de stichter, bisschop Cornelius Jansen van Yperen (1585-1638) in zijn studie van de Heilige Augustinus, diens predestinatie-gedachten uit het geheel van zijn theologie en filosofie losmaakte en tot grondslag verhief van zijn eigen theologie.
Uit het bovenstaande kunnen we dus konkluderen, dat de grootste aantrekkingskracht van de sekten wordt uitgeoefend op mensen, die onvoldoende kennis en visie hebben van de werkelijke omvang van het Christelijk geloof. Daaraan zijn de grote kerken zelf mede schuldig, vooral ook de katholieke kerk. Het volstrekt overbodige dogma van de pauselijke onfeilbaarheid, bijvoorbeeld, afgekondigd in 1870 op Vaticanum I, veroorzaakte het ontstaan van de Oud Katholieke kerken.
Wat heeft de kerk zijn gelovigen geboden. Eeuwenlang werden de gelovigen niet opgevoed, maar onnozel en volgzaam gehouden. En, vandaag de dag nog, wordt door diezelfde kerk op volkomen ontoereikende en ondeskunndige wijze gebruik gemaakt van de beschikbare massa media om werkelijk iets te doen aan verdieping van geloofskennis en kerkgeschiedenis. In tegendeel, men vervalt zelfs in een naïeve na-aperij van de sektarische groeperingen, omdat men denkt daarmee iets te kunnen keren van de aantrekkingskracht van de sekten. De charismatische beweging is weinig anders dan binnen de kerk datgene bieden wat sommige sekten te bieden hebben. Je schiet er niet alleen niets mee op, je doet even dom als de meeste politici, die, wanneer ze hun tegenstander zien winnen, hals over kop ertoe overgaan dezelfde ideeën te verkondigen als de tegenstander. Het is niet slechts principeloos; het is zonder meer dom, omdat het niet zoekt naar de oorzaak van de sektarische aantrekkingskracht, om daar het kwaad aan te pakken. Het ligt in hetzelfde vlak, als strafverzwaring om kriminaliteit te bestrijden, terwijl reeds eeuwenlang bewezen is, dat dit niets helpt, aangezien geen enkele krimineel aan de straf denkt als hij een misdaad beraamt, terwijl bovendien de zwaardere straf niet kan worden opgelegd, zolang je de misdadigers niet pakt.
Je bestrijdt het sektarisme niet door de sekten af te kraken. De werkelijke oplossing ligt, mijns inziens in het beroemde adagium van Sir Francis Bacon: "kennis is macht". Leer mensen denken; leer mensen zien; leer mensen zich te ontwikkelen tot individuele persoonlijkheden, die als zodanig in staat zijn hun blik op de wereld te richten en hun verantwoordelijkheid daarin te aanvaarden. Leer mensen vooral kritisch lezen en luisteren, zodat ze niet klakkeloos in de eerste de beste drogredenering trappen. Wil je aan echt apostolaat doen, dan zul je je moeten richten op kennisoverdracht.
Welke Christen, met een behoorlijke kennis van zijn eigen geloofsleer en de achtergronden daarvan, keert zo maar zijn kerk de rug toe voor een sekte? Welke Christen met een behoorlijke kennis van de kerkgeschiedenis en de achtergronden van de ontwikkelingen, laat zich zo maar misleiden door wilde, geestesvernauwde stellingen? Welke Christen, die de Heilige Schrift goed kent, en weet de teksten daaruit te benaderen, niet als letterlijke boodschappen, noch als natuurhistorie, noch als volledige geschiedschrijving, en vooral niet als orakelboek, maar als teksten met het doel de mens te richten op God, zal er nog toe komen om een of andere zinnetje of woord uit zijn verband te rukken en er een dogmatisch stelsel op te bouwen?
Daarom zeg ik je, apostolaat moet op de eerste plaats zijn: opvoeding. En opvoeding houdt in: kennisoverdracht, bewustmaking van waarden, en daarbij duidelijk stellend, dat menselijke waarde en waardigheid tevens religieuze waarden zijn. De twee moeten niet los van elkaar worden gesteld. Men hoeft niet te pas en te onpas God overal bij te slepen om waarden en waardigheid bij te brengen. Als men immers uitgaat van een transcendente en inmanente God, spreekt het vanzelf dat die waarden en waardigheid uiteindelijk van Hem moeten worden afgeleid, omdat Hij de schepper is van het al.
"Where ignorance is bliss, 't is folly to be wise", zegt de Engelse dichter Thomas Gray (1716-1771); d.i. waar onwetendheid geluk brengt is 't dwaasheid wijs te zijn. Maar, deze man vergist zich schromelijk. Onwetendheid kán nooit geluk brengen en wijs zijn kan nooit een dwaasheid zijn. Het klinkt mooi, maar het is je reinste nonsens. Het enige wat de mens tot groter geluk kan brengen is grotere wijsheid en grotere wijsheid kan uitsluitend bereikt worden door bestrijding van de onwetendheid. Dus verschiet je kruit niet door rechtstreeks de sekten te bestrijden. Bestrijd de onwetendheid en je bestrijdt vanzelfsprekend alle domheid, dus ook het sektarisme, want dat is ook een domheid en, zoals alle domheid, een zeer gevaarlijke.